Begroting 2019

Algemeen

In het onderdeel financiën geven wij inzicht in de begroting van het betreffende kalenderjaar en de meerjarenraming. Deze informatie presenteren wij per programma en voor de begroting in zijn totaliteit. Dit onderdeel bestaat voor een groot gedeelte uit overzichten die conform Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) wettelijk verplicht zijn. Denk daarbij aan een overzicht van baten en lasten, de balans en de berekening van het EMU-saldo.

Voor het opstellen van de Begroting en meerjarenraming hanteren wij onderstaande financiële uitgangspunten.

Omschrijving

2019

2020

2021

2022

Loonkosten (salarissen en werkgeverslasten)    

3,2%

2,5%

2,5%

2,5%

Index prijsstijging (pBBP)   

2,4%

2,0%

1,8%

1,9%

Index kleine subsidies    

2,4%

2,0%

1,8%

1,9%

Index subsidiecontracten   

2,9%

2,4%

2,3%

2,4%

Inflatiecorrectie gemeentelijke tarieven

2,7%

2,3%

2,2%

2,2%

Rente lang geld her te financieren leningen

1,7%

2,2%

2,7%

3,0%

Rente kort geld

0,0%

0,75%

1,5%

2,0%

Omslagrente (grondexploitatie)

1,6%

1,6%

1,6%

1,6%

Omslagrente (geen grondexploitaties)

1,25%

1,25%

1,25%

1,25%

Toename woningen (netto: jaar n-1)

600

550

550

550

Toename aantal inwoners (jaar n-1)

1.200

1.100

1.100

1.100

Stadsuitbreiding

De groei van de stad heeft gevolgen voor budgetten die binnen de begroting van de gemeente Zwolle zijn opgenomen. Structurele lasten die aantoonbaar verband houden met de groei van de stad maken onderdeel uit van het beleidskader stadsuitbreiding. Er wordt hierbij gewerkt met zogenaamde lastencategorieën om de scope van dit beleid helder te maken. De volgende lastencategorieën worden gehanteerd:

  • Lasten die direct gekoppeld zijn aan de groei van de stad, bijvoorbeeld omdat de uitgaven bepaald worden op een bedrag per inwoner.
  • Lasten die voortvloeien uit investeringen in grondexploitaties (zowel uitbreiding als inbreiding).
  • Lasten die het gevolg zijn van volume-effecten als gevolg van uitvoering wettelijke taken en gemeentelijke verordeningen.

De vertaling van deze lastencategorieën naar effecten voor de jaren 2019 en verder vindt u hier. Alle overige (sprongsgewijze) lastenontwikkelingen als gevolg van groei van de stad worden afgewogen via de beleidscyclus.

Afschrijvingstabel

Voor afschrijvingen hanteren wij de uitgangspunten zoals vastgesteld in de verordening 212. Deze nota is in lijn met de wettelijke voorschriften en vastgesteld door de Raad op 12 juni 2017. Het overzicht van de gehanteerde afschrijvingstermijnen vindt u hier.

Bijstelling overheadtarief

De kosten van overhead worden met name bepaald door huisvesting, informatievoorziening / ICT, management, secretariaat, juridische zaken, financiën, HR, communicatie, concernstaf. De kosten van deze onderdelen zijn € 40.171.616. Dat betekent bij 646 fte een overheadbedrag van € 62.185 per fte directe formatie.

Een deel van de overhead (€ 6.563.366) wordt via een overheadtoeslag in het uurtarief doorberekend aan projecten en grondexploitaties, op basis van de hoeveelheid uur dat aan de betreffende projecten wordt besteed. Dit geldt ook voor beleidsmatige projecten / programma’s als Omgevingswet, klimaatadaptatie, energietransitie) en grondexploitaties.

Voor 2019 hanteren wij een overheadtarief van € 47 per uur. De berekening van dit bedrag vindt u hier.
Een overzicht van alle arbeidsgerelateerde lasten vindt u hier.